Stamboekkeuring
Een merrie kan worden aangeboden voor stamboekopname vanaf het jaar dat zij drie wordt. Voor iedere fokrichting zijn er specifieke kenmerken waarop wordt beoordeeld. Wat bij alle merries gebeurt is het signaleren van uiterlijk waarneembare (erfelijke) gebreken en/of afwijkingen, het lineair scoren van het exterieur en het beoordelen van de beweging vrij of aan de hand. Niet goedgekeurde hengsten kunnen niet meer deelnemen aan een stamboekkeuring.
Exterieur en beweging
Tijdens een stamboekopname wordt een merrie tevens gemeten en zo wordt officieel haar stokmaat bepaald. Bij het lineair scoren wordt het exterieur van het paard beoordeeld op stand, alsook de stap en draf op de harde ondergrond. Het paard wordt een bovenbalkcijfer toegekend voor het exterieur en voor de kwaliteit van de stap en de draf. Bij dressuur-, spring- en Gelderse paarden maakt naast lopen op ‘het straatje’ het vrij bewegen en eventueel vrijspringen deel uit van de stamboekkeuring. Dit onderdeel vervalt voor de fokrichting tuigpaard. Hier worden de paarden naast het beoordelen op het straatje nogmaals individueel aan de hand voorgesteld op een grasbaan.
Na afloop van de stamboekkeuring wordt de merrie in het stamboek opgenomen en kan de merrie het sterpredicaat ontvangen mits ze aan de criteria hiervan heeft voldaan.
Aan welke eisen moet mijn merrie voldoen voor de diverse predicaten?Bekijk de gestelde eisen
Keuring aan de hand
Bij de keuring aan de hand wordt het paard voorgebracht door maximaal twee begeleiders. De begeleider die het paard vast heeft, is in het wit gekleed met witte sportschoenen. Als de ringmeester aangeeft dat de merrie aan de beurt is, stelt u haar op voor de jury op een harde ondergrond. Hierbij zijn beenbeschermers of bandages niet toegestaan. Bij het opstellen is het belangrijk dat het paard zijn gewicht over vier benen verdeelt en alle benen voor de jury goed zichtbaar zijn. Op aanwijzing van de keuringscommissie stapt u met de merrie ongeveer 20 à 30 meter op en neer. Draait u bij het omkeren altijd rechtsom, en zorg ervoor dat beide begeleiders aan dezelfde kant van het paard lopen, zodat ze het zicht van de jury op het paard niet belemmeren. De jury beoordeelt in stap de correctheid van het fundament en de beenzetting van de merrie. Vervolgens wordt u gevraagd om met de merrie ook op en neer te draven, ditmaal minimaal 30 meter. Het is de bedoeling dat zij dit in een rustig tempo doet, zodat de keuringscommissie de correctheid van de beweging goed kan beoordelen. Na het draven wordt de merrie opnieuw voor de jury opgesteld, ditmaal van de andere zijde. Voor tuigpaardmerries geldt dat zij op gras worden uitgenodigd voor het lineair scoren en beoordeling in draf aan de hand.
Vrijbewegen/vrijspringen
Na het keuren aan de hand toont de merrie in de binnenmanege haar bewegingen in vrijheid: dat wil zeggen in stap, draf en galop. Springpaarden en Gelderse paarden krijgen de mogelijkheid om te vrijspringen. Het paard mag hierbij pijpkousen of peesbeschermers aan de voorbenen dragen. Bij het vrijbewegen en vrijspringen wordt één begeleider in de baan toegelaten. Tijdens het vrijspringen worden alle paarden begeleid door een vast team van begeleiders, dat ervoor zorgt dat het paard zich optimaal kan tonen. Een springpaard wordt na enkele rondes door een lijntje met drie hindernissen begeleid. Zodra de commissie voldoende gezien heeft om het paard te beoordelen, kan zij gepakt worden en een lange zijde stappen voordat zij de baan verlaat. Als alle merries uit een groep individueel in de baan zijn geweest voor het vrij springen, komen zij gezamenlijk terug voor de uitslag. Hierbij worden de cijfers voor exterieur en beweging of vrij springen met een toelichting omgeroepen.
Beoordeling
Merries die daarvoor in aanmerking komen worden direct ster verklaard. Het predicaat ster wordt bij de tuigpaarden overigens pas op de Centrale Keuring toegekend.
Aanmelden
More events
Criteria voor stamboekopname en sterpredicaat
- Minimale leeftijd: 3 jaar
- Minimale stokmaat: 1,58 meter (1,60 meter voor sterpredicaat)
- De merrie voldoet aan de eisen voor registratie in de discipline dressuur- of springpaard binnen de fokrichting rijpaard of in de fokrichting tuigpaard of Gelders paard.
- De merrie is tijdens de stamboekkeuring vrij gebleken van uiterlijke waarneembare (erfelijke) gebreken en/of afwijkingen. Voorbeelden hiervan zijn aangeboren oogafwijkingen, klein of onderontwikkeld oog, een over- of onderbeet, een afwijkend knie- en/of spronggewricht al of niet in combinatie met afwijkende bouw en/of stand van het achterbeen, afwijkende of ongelijke hoefvorm, onregelmatigheid in beweging of een afwijkende bewegingsvorm.
- De merrie heeft tijdens de stamboekkeuring minimaal de onderstaande punten voor exterieur, beweging en (eventueel) springen gehaald:
Dressuurpaard |
Exterieur |
Beweging |
|||
|
|
Stap |
Draf |
Galop |
Houding |
Stamboekopname |
≥ 50 punten |
Gemiddeld ≥ 50 punten |
|||
Sterpredicaat |
≥ 70 punten |
Gemiddeld ≥ 75 punten |
Springpaard |
Exterieur |
Stap/draf |
Springen |
|||
|
|
|
Galop |
Reflexen |
Techniek |
Vermogen |
Stamboekopname |
≥ 50 punten |
Gemiddeld ≥ 50 punten |
Gemiddeld ≥ 50 punten |
|||
Sterpredicaat |
≥ 70 punten |
Gemiddeld ≥ 60 punten |
Gemiddeld ≥ 75 punten |
Tuigpaard |
Exterieur |
Beweging |
Totaal |
Stamboekopname |
≥ 50 punten |
≥ 50 punten |
|
Sterpredicaat |
≥ 68 punten |
≥ 68 punten |
≥ 140 |
Gelders paard | Exterieur | Beweging | Springen |
Stamboekopname | ≥ 50 punten | ≥ 50 punten | ≥ 50 punten |
Sterpredicaat incl. springen | ≥ 70 punten | ≥ 65 punten | ≥ 75 punten |
Sterpredicaat op beweging | ≥ 70 punten | ≥ 75 punten |
Bij het Gelders paard geldt dat er voor het sterpredicaat inclusief springen, minimaal 75 punten zijn behaald voor het springen en de beweging op 65 punten of hoger is gewaardeerd.
Informatie over de Centrale Keuring