Het KWPN Magazine staat boordevol mooie verhalen over sport en fokkerij! Vandaag een van deze prachtige verhalen uitgelicht.​

In het Brabantse land, aan de doorgaande weg tussen Nistelrode en Heesch, runt Adri van Erp sinds 2001 zijn dressuurstal. De Lichte Tour-ruiter, fokker en africhter kreeg in Ghandi al eerder een hengst gekeurd, met de inschrijving van Lord Romantic was zijn eerste goedgekeurde hengst uit eigen fokkerij een feit.

“Voorheen waren de paarden hobby, al gaf ik ook al veel lessen en reed ik veel paarden”, begint Adri te vertellen. “Ik had mijn eigen tuinbouwbedrijf op de plek waar mijn ouders een manege runden en mijn broer bezig was met zijn hengstenhouderij. Die locatie konden we verkopen aan een projectontwikkelaar. Het was vervolgens best makkelijk om van mijn hobby mijn beroep te maken. De stallen hebben altijd goed vol gestaan.” Het bedrijf heeft zo’n 25 stallen die allemaal rondom de binnenbaan geplaatst zijn. Buiten staan er loopstallen voor de jonge paarden en de fokmerries. Tot drie jaar geleden werden er jaarlijks zo’n vijf veulens geboren, de laatste jaren zijn die aantallen opgeschroefd tot zo’n twaalf veulens per jaar. “We proberen altijd een heel aantal goede driejarigen op stal te hebben. Die rijden we zelf door om vervolgens te verkopen. De stallen zijn grotendeels gevuld met eigen paarden, al hebben we soms ook wat paarden in africhting. In het verleden reed ik de sportpaarden door tot ze op Z1-, Z2- of ZZ-Licht-niveau liepen, nu is de oudste vijf”, vertelt de ruiter die in het verleden jarenlang bij Jo Willems leste en met Jazz-zoon Zondagskind (uit Gera ster pref prest van Ulft, fokker J. Vloet uit Westerbeek) in de Lichte Tour uitkwam.

Kast van een merrie
De fokkerij vormt een belangrijk onderdeel van het bedrijf. Een van de merries waar Adri succesvol mee heeft gefokt is de Hitchcock-dochter Normiek (uit Termiek keur pref prest van Onyx, fokker W.G. Hoes uit Nistelrode). “Ik zocht jonge paarden om weer door te verkopen en vond een dorp verderop een vierjarige merrie die er wel heel stoer overheen liep. Ik heb de hengst Hitchcock zelf nog in het Z2 gereden, via Amethist gaat hij terug op Nimmerdor en dat bloed zie ik graag terug in een dressuurpaard. De merrie had als driejarige al een veulen gehad en was nog niet op de keuring geweest. Ik had op dat moment geen idee uit wat voor stam ze kwam, maar ik wilde er wel graag een veulen bij fokken. Later liet de fokker mij foto’s van haar moeder Termiek zien. Het bleek dat deze Onyx-merrie UTV-kampioen was geweest en onder het zadel reservekampioen op de UTV was. Daarachter zat de volle zus van de hengsten Normand en Ormand. Weer een paar generaties verder vind je al vrij snel Lady Reveil van Wittenstein op het papier. Zo zie je maar dat die goede stammen altijd weer boven komen drijven. Normiek was een kast van een merrie. Ze mocht wel iets meer ras hebben, maar qua exterieur fokte ik altijd de goede kant uit. Zeker als we hengsten met genoeg bloed gebruikten.” Normiek zorgde inderdaad voor veel handel, al deed deze grootramige merrie dat vooral via haar nakomelingen. Een groot deel van de fokkerij en sportstal bij de familie Van Erp bestaat uit nazaten van deze merrie. Op zesjarige leeftijd was Normiek in het bezit van het keur- en sportpredicaat. Ze bracht vijf merries met een exterieurpredicaat, een aangewezen- en een derdebezichtigingshengst. Vier van haar nakomelingen zijn in het Z1 of hoger uitgebracht, waarvan de in Denemarken goedgekeurde Jambeau (v.Apache) vierde was in de kampioenskeuring op de KWPN Stallion Show en nu in eigendom is van Andreas Helgstrand, zijn volle broer Flambeau loopt in het ZZ-Zwaar. Krack C-dochter Veroniek kennen we als de moeder van de recent goedgekeurde Lord Romantic (v.Don Romantic). Jambeau (v.Apache) en Bormiek (v.Tuschinski) waren als veulen nationaal kampioen. (…)

Exterieur is van belang
“Ik vind de selectie op exterieur nog helemaal niet zo verkeerd. Voor een dressuurpaard is het exterieur van belang. Het front moet er goed opstaan. Paarden met veel front zijn makkelijker te rijden. Als de hals er verkeerd opstaat, krijg je dat altijd in het rijden terug. In het lesgeven zie ik vaak problemen die voortkomen uit exterieurmatige tekortkomingen. Daar kan zo’n paard niet altijd wat aan doen, zo is hij nou eenmaal gebouwd en dat maakt het werk niet makkelijker. Een goed exterieur geeft veel voordeel in de africhting.”
“In Nederland moeten we goed om de bovenlijn denken. Van verschillende jonge hengsten zien we nog weleens rug- en lendenpartijen die niet altijd ideaal zijn. De laatste jaren zijn er nog wel wat hengsten met redelijk weinig formaat gekeurd.” (...)

Ken de moederlijnen
Adri ziet graag complete hengsten met veel lossigheid en souplesse, maar houdt in zijn hengstenkeuze vooral rekening met de moederlijn. “Voor mij is het belangrijk dat ik de moederlijn van een hengst goed ken. Soms waag ik toch de gok en in de meeste gevallen pakt dat niet zo goed uit. Keuringen zijn een bron van informatie en als er veulens van jonge hengsten zijn geboren probeer ik altijd even te kijken. Als ik een aantal veulens van een bepaalde hengst heb gezien, kan ik wel een inschatting maken hoe hij vererft. Het gebeurt bij Duitse hengsten weleens dat ik de moederlijn niet zo goed ken en dan probeer ik altijd uit te zoeken wat paarden uit die stam in de sport, keuringen of op het Bundeschampionat gepresteerd hebben. Mijn eigen stammen ken ik dusdanig goed dat ik na een goede week in de wei wel de inschatting kan maken of het een echte is.”

Het hele artikel lezen? U vindt deze in KWPN Magazine 4 dat vrijdag 17 april verschijnt. Sinds vorig jaar ontvangen alle KWPN-leden twaalf keer het KWPN Magazine – In de Strengen. Wilt u deze ook ontvangen? Sluit dan een KWPN-lidmaatschap af en profiteer direct van alle lidmaatschapsvoordelen of bestel een los exemplaar in de KWPN Webshop.

Tekst: Steef Roest
Beeld: Dirk Caremans